Nouvelles découvertes en orfèvrerie dunkerquoise (XVIIe-XVIIIe siècles)

Résumé En Fr Nl

The jeweller's guild was created in 1690, and yet these artists had been practising their trade for a long time, being very often money-changers as well. The XVIth century archives yield four names : le Monier, Heyns, Herklentyer and Walran, all of them hiterto unknown. The careers of three XVIIth century jewellers, Morinck, Wittinck and Tallendier, could be enriched with more detail. Finally, a XVIIIth century richly detailed inventory after death shows the very sharp divide existing between the richer jewellers and their less lucky brethern.

La jurande des orfèvres est créée en 1690, pourtant ces artistes exerçaient depuis longtemps, souvent en participant au métier de changeur. Les archives du XVIe siècle en livrent quatre : Le Monin, Heyns, Herklentyer, et Walran, inconnus jusqu'ici. La carrière de 3 orfèvres du XVIIe siècle est précisée : Morinck, Wittinck et Tallendier. Enfin, un riche dossier d'inventaires après décès pour le XVIIe siècle, montre la coupure très nette qui existe entre les riches orfèvres et leurs confrères moins chanceux.

De raad van gildemeesters wordt opgericht in 1690, maar deze kunstenaars zijn dan al lang aktief, vaak in het vak van geldwisselaar. In de XVIe-eeuwse archieven treft men er vier aan die tot nog toe niet bekend waren : le Monier, Heyns, Herklentyer en Walran. Over de loopbaan van drie XVIIe-eeuwse edels- meden is men goed geïnformeerd : Morinck, Wittinck en Tallendier. In een goed gevuld dossier van inventarissen bij overlijden stelt men vast dat er een groot onderscheid bestond tussen de rijke edelsmeden en hun minder gelukkige collega's.