Entre relativisme et universalisme. Réflexions sociologiques sur la corruption

Résumé De En Nl

Liberale Theorien der Korruption sind einer funktionalistischen Perspektive verschrieben, mit der Korruption einer notwendigen Entwicklungsphase zugeordnet wird und in der ethische Gesichtspunkte beiseite gelassen werden. Im Gegensatz dazu gründet siche der universalistische Ansatz auf eine normative Definition des Staates. Als neutrale Instanz hat der Staat die Trennung von öffentlich und privat sowie den Respekt vord en Menschenrechten zu gewährleisten. Insoweit ist es notwendig, Fragen danach, was sich durch die Korruption selbst verändert, nach den möglichen Sanktionen sowie ihren Folgen zu beantworten. Verschiedene Elemente mögen Korruption begünstigen. Unter anderem gehören hierzu die transaktionale Dimension der Macht, teilweise Modernisierung und soziale Ungleichheit. Korruption ist konzipiert als einfache Kompensation, denn ein Bezug zum Prinzip der Nichtdiskriminierung des «Dritten» ist nicht herstellbar.

The liberal theories of corruption are inscribed in a functionalist perspective, evolutively assimilating corruption to an obliged phase of development and leaving aside any ethical consideration. On the opposite, the universalistic approach is based on a normative definition of the State: as a neutral instance, the State has to guarantee the separation of public and private, and thus the respect of human rights. It is therefore necessary to answer some questions touching what is altered by the act of corruption, its measure, the possible sanctions and their effects. Several elements may favor corruption; among others, the transactional dimension of power, a partial modernisation, social inequalities... Corruption is conceived of as a simple compensation, for there is no reference to the principle of non-discrimination of the third.

De liberale theoriën over corruptie zijn ingebed in een functionalistisch perspectief, geleidelijk corruptie verwerkend tot een onafwendbare fase van ontwikkeling en elke ethische beschouwing achterwege latend. Dit in contrast met de universalistische benadering, dewelke gebaseerd is op een normatieve definitie van de Staat: een neutrale instelling zijnde, moet de staat de scheiding van publiek en privaat waarborgen en aldus ook de bescherming van de mensenrechten. Het is daarom noodzakelijk om vragen te beantworden zoals wat er veranderd is door de corrupte handeling, de draagwijdte ervan, de mogelijke sancties en hun effect. Verscheidene elementen kunnen corruptie in de hand werken; onder meer de transactionele dimensie van macht, een niet voltooide modernisering, sociale ongelijkheid... Corruptie wordt ervaren als een eenvoudige compensatie, want er is geen verwijzing naar het principe van niet-discriminatie van een derde.