This contribution aims to highlight the potential of automatic digitisation for the preservation and the valorisation of printed media heritage through the case of mass-market illustrated magazines produced in Belgium during the interwar years (1918-1940). As extensive bound collections of these resources held in KBR’s Contemporary Printed Books Department form the main corpus of the interdisciplinary research project ARTPRESSE*, which studies Belgian art and media landscape as networked structures seen through the lens of these serialised publications, their mass digitisation and disclosure on issue level questions and challenges current practices and predetermined goals. Starting from the manual digitisation workflow developed for bound periodicals collections in an early stage of the project, we will explain how extensive testing of semi-automatic scanning has yielded convincing results given the complexity and frailty of these collections and how this has dramatically widened the scope of the initial digitization objectives and research methodology. Fragile, but complete for the most part, and despite sometimes frequently requested for consultation, this corpus represents an extremely large and diverse quantity of materials that remain largely understudied. In pair with digitization and disclosure, we will argue that these ‘popular’ magazines, heavily image-loaded, hold strong historical, cultural and social relevance, not only for understanding Belgian art, but as ‘modern’ printed heritage should be of great interest as well for the scientific community as for a broader public.*ARTPRESSE is a research and digitisation project funded by the Belgian Federal Science Policy Office (BELSPO) within the context of its BRAIN-be 2.0 Framework Program, under the coordination of the KBR Digit Department, and with the collaboration of the Department of Literary Theory and Cultural Studies at KULeuven and the Contemporary Art History Department at ULiège.
Cette contribution vise à mettre en évidence le potentiel de la numérisation automatique pour la préservation et la valorisation du patrimoine médiatique imprimé à travers le cas des magazines illustrés grand public produits en Belgique dans l’entre-deux-guerres (1918-1940). Les vastes collections reliées de ces ressources conservées au Département des livres imprimés contemporains de la KBR constituent le corpus principal du projet de recherche interdisciplinaire ARTPRESSE*, qui étudie le paysage artistique et médiatique belge en tant que structures en réseau vues à travers l’objectif de ces publications en série. Leur numérisation de masse et leur divulgation au niveau du numéro interrogent et défient les pratiques actuelles et les objectifs préétablis. En partant du processus de numérisation manuelle développé pour les collections de périodiques reliés, nous expliquerons comment des tests approfondis de numérisation semi-automatique ont donné des résultats convaincants compte tenu de la complexité et de la fragilité de ces collections et comment cela a considérablement élargi la portée des objectifs de numérisation initiaux et de la méthodologie de recherche. Fragile, mais complet pour l’essentiel, et bien que fréquemment demandé en consultation, ce corpus représente une quantité extrêmement importante et diversifiée de documents qui restent largement sous-étudiés. En association avec la numérisation et la divulgation, nous soutiendrons que ces magazines « populaires », fortement chargés d’images, ont une large pertinence historique, culturelle et sociale, non seulement pour comprendre l’art belge, mais aussi en tant que patrimoine imprimé « moderne » qui devrait présenter un grand intérêt aussi bien pour la communauté scientifique que pour le grand public.*ARTPRESSE est un projet de recherche et de numérisation financé par la Politique scientifique fédérale belge (BELSPO) dans le cadre de son programme-cadre BRAIN-be 2.0, sous la coordination du Département Digit de KBR, et avec la collaboration du Département de littérature et études culturelles à la KULeuven et du Service d’Histoire de l’Art de l’Époque contemporaine de l’ULiège.
Deze bijdrage wil het potentieel van automatische digitalisering voor het behoud en de valorisatie van gedrukt media-erfgoed onder de aandacht brengen aan de hand van de geïllustreerde tijdschriften voor het grote publiek die in België werden uitgegeven tijdens het interbellum (1918-1940). Uitgebreide ingebonden collecties van deze bronnen die in de afdeling Hedendaagse Drukwerken van KBR worden bewaard, vormen het corpus van het interdisciplinaire onderzoeksproject ARTPRESSE*, dat het Belgische kunst- en medialandschap bestudeert als netwerkstructuren gezien door de lens van deze seriële publicaties. Massale digitalisering en ontsluiting op het niveau van hun individuele nummers dagen de gangbare praktijken echter grondig uit en stellen de vooropgestelde doelen van het project evenzo in vraag. Vertrekkende van het handmatige scanproces dat ontwikkeld werd voor ingebonden tijdschriften, leggen we uit hoe uitgebreid testen van semi-automatisch scannen overtuigende resultaten heeft opgeleverd ondanks de complexiteit en kwetsbaarheid van deze collecties, en hoe dit de reikwijdte van de initiële doelstellingen en onderzoeksmethodologie aanzienlijk heeft verruimd. Dit corpus is kwetsbaar, maar in hoge mate compleet en hoewel het regelmatig ter raadpleging wordt gevraagd, vertegenwoordigt het een omvangrijke en diverse hoeveelheid documenten die grotendeels onderbelicht zijn gebleven. In samenhang met de digitalisering en de ontsluiting betogen we dat deze ‘populaire’ tijdschriften, rijkelijk beladen met afbeeldingen, een brede historische, culturele en sociale relevantie hebben, niet alleen voor een beter begrip van Belgische kunst, en dat dit gedrukte erfgoed van groot belang zou moeten zijn voor zowel de wetenschappelijke gemeenschap als het grote publiek.*ARTPRESSE is een onderzoeks- en digitaliseringsproject gefinancierd door het Federaal Wetenschapsbeleid (BELSPO) als onderdeel van het BRAIN-be 2.0-kaderprogramma, onder de coördinatie van de Digit-afdeling van KBR, en in samenwerking met de onderzoekseenheid Literatuurwetenschap en Culturele studies aan de KU Leuven en de afdeling Hedendaagse Kunstgeschiedenis aan de U Liège.